Wanneer ben je meertalig?

Als je tweetaligheid -of meertaligheid- zoekt op Google, zul je merken dat er meer meertalige mensen zijn dan ééntaligen. Vooral in Afrika lijkt het spreken van twee, of zelfs drie of vier talen heel gewoon te zijn. In veel Europese landen kunnen mensen naast hun moedertaal ook Engels spreken. Maar als ik het bespreek met mensen, geven de meeste aan zich niet tweetalig te voelen. Dus wanneer ben je eigenlijk twee- of meertalig?

Toen ik voor mijn werk een cursus over meertaligheid volgde, werd ons de vraag gesteld “Ben je tweetalig?”. In een groep van twintig mensen zeiden slechts twee van hen dat ze het waren en spraken over hun respectievelijk Duitse en Turkse opvoeding. Hoewel de andere 18 van ons zowel Nederlands als Engels konden spreken, besloten we om een of andere reden dat we niet tweetalig waren, en zelfs ik stak mijn hand niet op. Op een of andere manier leken de talen die we als tieners op school hadden geleerd er niet toe te doen. Na wat discussie kwamen er steeds meer vragen bij.

  • Ben ik meertalig als ik een dialect spreek?
  • Ben ik meertalig als ik de taal wel begrijp maar niet spreek?
  • Ben ik meertalig als ik niet in de taal kan lezen of schrijven?
  • Ben ik meertalig als ik het niet vanaf jongs af aan heb geleerd?
  • Ben ik meertalig als ik niet vloeiend ben?
  • Ben ik meertalig als ik tv kijk zonder ondertiteling?

Deze vragen zijn een voorbeeld van hoe moeilijk het verschil tussen eentalig en meertalig kan zijn. Terwijl sommige mensen op veel van deze vragen “nee” zullen zeggen, zullen anderen wellicht “ja” zeggen. Er zijn veel verschillende definities en nog veel meer verschillende meningen. Het Oxford-woordenboek zegt bijvoorbeeld dat je “twee talen vloeiend moet spreken”, terwijl het Cambridge-woordenboek zegt dat je “in staat moet zijn om twee talen te spreken of te gebruiken”. Van Dale beschrijft tweetalig als “geregeld twee talen gebruikend”. Als je deze vergelijkt, moet je dan vloeiend zijn of het gewoon kunnen gebruiken? En wat is dan precies vloeiendheid, en wanneer is iets een taal? Ik heb mensen horen zeggen dat je alleen tweetalig bent als je bent opgegroeid met twee talen, en ik heb zelfs iemand horen zeggen dat “zolang je het zelf gelooft dat je bent, ben je meertalig”.

Vanuit het oogpunt van de logopedie heb ik twee verschillende definities, een voor (jonge) kinderen en een voor volwassenen:
Kinderen zijn meertalig als worden als ze opgroeien in een omgeving met meerdere talen (of dialecten).
Volwassenen zijn meertalig worden als ze een aanzienlijk deel van hun dagelijks leven in meerdere talen (of dialecten) communiceren.

De reden waarom kinderen niet in de twee (of meer) talen hoeven te communiceren om meertalig te zijn, is eenvoudig. Jonge baby’s kunnen nog helemaal niet praten, laat staan ​​lezen of schrijven. Bij kinderen die pas wat later een tweede taal leren, wordt vaak ook een stille periode gezien.
Voor volwassenen is communicatie echter de belangrijke factor. Je hoeft niet volledig vloeiend te zijn, zolang je jezelf maar zonder problemen verstaanbaar kunt maken. Beide talen moeten ook een deel uitmaken van je dagelijkse leven.

Dus een kind wiens vader taal A tegen hem spreekt, en wiens moeder taal B tegen hem spreekt, is tweetalig. En een volwassene die op het werk taal A spreekt en thuis taal B spreekt, is ook tweetalig. Maar waar ligt de grens tussen tweetalig en eentalig? Kijk eens naar dit voorbeeld:

Je oma praat tegen je in taal A, en jij praat terug in taal B, en zo verder. Jullie begrijpen elkaars talen maar kunnen niet in de andere taal spreken. Ben je dan tweetalig? Volgens mijn definitie ben je dat wel. Hoewel deze ‘niet-sprekende tweetaligheid’ wel echt richting het randje gaat, communiceren ze zonder problemen met elkaar. (Lees hier meer over deze vorm)

Maar dan, maakt televisie kijken zonder ondertiteling of een boek lezen in een andere taal je een meertalig persoon? Nogmaals, communicatie is hier belangrijk. Hoewel het zeker indrukwekkend is, communiceer je niet en daarom zou ik je niet als meertalig beschouwen.