Gebaren EN spreken?

In deze blog zal ik vertellen hoe ik gebarentaal gebruik bij het communiceren met de kinderen in mijn werk. Er zijn verschillende manieren om tekens in communicatie op te nemen, en dit wordt niet alleen gebruikt voor Dove* kinderen (of volwassenen). Een veelgehoorde term is gebarentaal voor baby’s, en een andere term is ondersteunende gebaren. Ik zal eerst uitleggen wat deze termen betekenen en wat de overeenkomsten en verschillen zijn. Daarna beschrijf ik meer over wat het betekent voor meertalige kinderen, en deel ik mijn eigen ervaring en mening. Tot slot heb ik wat korte adviezen voor ouders die geïnteresseerd zijn in gebarentaal voor hun horende kinderen.

Disclaimer

Voor sommige mensen, en in het bijzonder voor een deel van de Dovengemeenschap, wordt de term ‘babygebarentaal’ afgekeurd. Het wordt soms gezien als een foutieve term die de waarde en status van gebarentalen ondermijnt. Ik begrijp dit standpunt en heb geprobeerd mijn persoonlijke en professionele ervaring en mening in deze kwestie weer te geven. Laat het me weten als iemand het niet eens is of andere opmerkingen heeft! We zijn hier allemaal om te leren en respectvol naar elkaar te zijn.

*Doof: de term Doof met een hoofdletter ‘D’ wordt gebruikt om over de dovengemeenschap te praten. Dit kunnen ook (horende) kinderen van dove volwassenen zijn (Engelse term hiervoor is CODA). De term doof met kleine letters ‘d’ wordt gebruikt voor het fysieke onvermogen om te horen.

Gebarentaal

Allereerst, wat is een gebarentaal? Een gebarentaal is een taal die gebruikmaakt van de visueel-manuele vorm en is vaak de moedertaal van Doven (vooral van degenen die doof zijn geboren). Gebarentalen zijn echte talen met hun eigen grammatica en woordenschat, en worden over de hele wereld gebruikt. Er zijn veel verschillende gebarentalen, net zoals er veel verschillende gesproken talen zijn. In Nederland hebben we de Nederlandse Gebarentaal (NGT), welke gerelateerd is aan de Franse en Amerikaanse gebarentalen. De Britse gebarentaal is bijvoorbeeld weer een totaal andere taal. Aangezien ik weinig weet over de andere talen, gebruik ik in deze blog steeds NGT als voorbeeld. NGT is geen nieuwe taal, maar is vrij recent gestandaardiseerd en erkend (in 2020!) nadat het van 1880 tot 1985 illegaal was om in het onderwijs te gebruiken (dit gebeurde trouwens ook met veel andere gebarentalen in Europa en Amerika).

Ondersteunende gebaren

Als tweede is er de ondersteundende gebaren. Ondersteunende gebaren zijn een combinatie van zowel een gebarentaal als een gesproken taal, die tegelijkertijd wordt gebruikt. Een vergelijkbare term hiervoor is contact signing. In Nederland wordt noemen we dit Nederlands met Gebaren (NmG), en gebruiken we dit vaak bij mensen die op een later moment slechthorend of doof zijn geworden, in ieder geval nadat ze al de gesproken taal hebben geleerd. Het wordt ook vaak gebruikt in de communicatie met kinderen met taalachterstanden en ontwikkelingsstoornissen, aangezien studies aantonen dat het gebruik van gebaren de taalontwikkeling kan stimuleren. Bij ondersteunende gebaren wordt vaak de woordenschat van de gebarentaal gebruikt, maar niet de grammatica. De gebaren volgen de grammaticale structuren van de gesproken taal waarbij steeds een gebaar wordt toegevoegd aan de belangrijkste (of alle) woorden van die zin.

Een voorbeeld hiervan is: “Wil je een boek lezen?”. Sommige mensen zullen hierbij alleen het gebaar voor “boek” maken, anderen kunnen ook de woorden “jij”, “lezen” nog ondersteunen met een gebaar en een extra grammaticaal deel van de gebarentaal toevoegen om de vragende toon van de zin te ondersteunen. In sommige gevallen is het ook mogelijk om te praten en een volledige vertaling te gebaren, dit is echter vaak te moeilijk voor degene die op deze manier wil communiceren.

Babygebaren

Als derde zijn er de babygebaren of soms ook wel baby gebarentaal genoemd. In de afgelopen jaren hebben veel mensen de voordelen ingezien van het gebruik van gebaren om gesproken spraak te ondersteunen in de communicatie met jonge baby’s. Het idee hierbij is dat baby’s gebaren eerder kunnen begrijpen en maken dan dat ze woorden kunnen begrijpen en zeggen. Dit betekent dat ouders eerder dan anders met hun baby kunnen communiceren, wat frustratie kan helpen voorkomen en de communicatie en de emotionele band tussen ouders en hun baby kan versterken. Tegenwoordig zijn steeds meer mensen op de hoogte van babygebaren en groeit het gebruik hiervan voortdurend.

Over het algemeen zijn er twee versies van babygebaren. In de ene versie leren ouders de woordenschat van een reeds bestaande gebarentaal, vergelijkbaar met de manier waarop ondersteunde gebaren gebruikt worden. In de andere versie kunnen gebaren worden geselecteerd uit meer dan één gebarentaal, en/of worden ze aangepast of zelfs helemaal zelf bedacht om zo tegemoet te komen aan de motorische mogelijkheden van een baby. De gebaren worden gelijktijdig met de gesproken woorden gebruikt, en vaak alleen bij jongere baby’s. Zodra het kind meer begint te communiceren in de gesproken taal, worden de gebaren steeds minder gebruikt tot ze helemaal weg zijn.

Meertaligheid

Net als in alle andere talen, kunnen mensen meertalig zijn in gebarentalen. Wanneer een persoon ten minste één gebarentaal en één gesproken taal kent, heet dit bimodale meertaligheid. Ik zou graag meer praten over gebarentaal, de Dovengemeenschap en deze bimodale meertaligen, maar dat zou te ver afwijken van het huidige onderwerp. Voorlopig zal ik me concentreren op het gebruik van gebaren voor horende mensen.

Bij meertalige kinderen kan het toevoegen van gebaren aan verbale communicatie een brug slaan tussen de talen. Als ik onze eigen situatie als voorbeeld neem, leert onze dochter zowel Nederlands als Engels. Aan alle mogelijke dingen, mensen en concepten zijn twee woorden verbonden. Een voorbeeld hiervan is het woord ‘fiets’ in het Nederlands en het woord ‘bicycle’ in het Engels. Alle gebaren die worden toegevoegd worden echter steeds op dezelfde manier gebruikt, in welke taal je dan ook spreekt. Dit gebaar legt dan een verband tussen de twee woorden, waardoor het voor kinderen gemakkelijker wordt om het abstracte idee van twee talen te begrijpen. Het vermogen om op deze manier over talen te denken (ofwel metalinguïstisch bewustzijn) is al sterker bij meertalige kinderen dan bij eentalige kinderen, maar wordt nog meer geholpen door dit overlappende gebaar toe te voegen.

Mijn ervaring

Als onderdeel van mijn studie logopedie en heb ik een half jaar de Nederlandse gebarentaal (NGT) geleerd. In onze lessen bespraken we ook de geschiedenis en het gebruik ervan, de Dovencultuur en de basisprincipes van het tolken. Omdat onze lerares zelf doof was en verbale communicatie met haar bijna onmogelijk was, werden mijn klasgenoten en ik vanaf de eerste dag volledig ondergedompeld in de taal en konden we al snel simpele gesprekken voeren.

In mijn werk met kinderen met ontwikkelingsstoornissen, gebruik ik momenteel veel ondersteunende gebaren (NmG). Ik zie het gebruik van gebaren als een geweldige manier om de taalontwikkeling bij veel kinderen te stimuleren en we hebben al veel succesverhalen gezien. Bij het gebruik van ondersteunende gebaren op het werk, probeer ik zoveel mogelijk grammatica en andere aspecten van de officiële gebarentaal toe te voegen.

Als moeder van onze tweetalige dochter proberen we gebaren te gebruiken om een ​​brug te slaan tussen de twee talen. Omdat het opvoeden van kinderen al veel energie kost, en we ook de meertaligheid hebben en moeten werken etc, passen we het niet zo vaak toe als ik had gewild. Hopelijk verandert dit in de toekomst nog. Mijn man en ik gebaren echter wel eens met elkaar, vooral als er een raam tussen ons in zit of als er te veel achtergrondgeluid is om elkaar te kunnen verstaan.

Mijn mening

Ik denk dat het een heel goed idee is om (baby) gebaren toe te voegen aan de communicatie met kinderen. Als het echter gaat om de keuze van welke gebaren, heb ik een aantal sterke persoonlijke en professionele meningen over wat wel en niet gebruikt zou moeten worden en waarom. Natuurlijk kunnen andere mensen andere meningen hebben, en dat is oké. Als ik ervoor kies om gebaren te gebruiken bij horende kinderen, ben ik van mening dat je zoveel mogelijk van de officiële gebarentaal moet introduceren. Ik ben geen fan van het selecteren van gebaren uit meerdere talen of het aanpassen van gebaren aan de motoriek van de baby.

De reden hiervoor is als volgt. Wanneer gezinnen gebaren willen gebruiken om eerder met hun baby te communiceren en de gebaren weer laten vallen zodra de verbale communicatie effectief genoeg is, maakt het niet uit wat je als gebaren gebruikt. Maar wat als je kind toch gebaren moet blijven gebruiken als extra ondersteuning van de verbale spraak? In officiële instanties en gespecialiseerde scholen worden vrijwel altijd de officiële gebaren gebruikt. Dit zou betekenen dat het kind weer helemaal opnieuw moet beginnen met zijn gebaren leren.

Een andere reden is dat mijn ideaal zou zijn dat mensen niet stoppen met het gebaren zodra het kind meer begint te praten. Als onderdeel van het inclusief zijn voor alle mensen, zou ik het geweldig vinden als iedereen op zijn minst een beetje de gebarentaal kent die door Dove mensen in hun omgeving wordt gebruikt. Het zou natuurlijk perfect zijn om het toe te voegen als taal die je op school kan leren, maar zelfs de kleine eerste stap van het gebruik van officiële gebaren met baby’s is iets waard. Op deze manier nemen we niet alleen wat van de Dovengemeenschap, maar geven we ook iets terug.

De derde reden voor mij om woordenschat uit de officiële gebarentaal te gebruiken, is dat het niet nodig is om gebaren te veranderen om het voor baby’s gemakkelijker te maken om ze te maken. Waarom zou het anders zijn dan in spraak, waar het ook niet nodig is om gesproken woorden te vereenvoudigen voor kinderen? Voorbeelden zoals “doe maar hap hap” in plaats van “ga maar eten” doet pijn aan mijn oren, en aangepaste babygebaren zijn voor mij daaraan gelijk. (Dit gebruik van ‘baby woordjes ’ maakt deel uit van babypraat of ‘motherese’, dat bestaat uit die hoge, overdreven spraak die de meeste mensen van nature gebruiken met kleine kinderen. Ik zal hier later waarschijnlijk een post over schrijven, want dit is zeker niet allemaal slecht en kan wanneer goed gebruikt de taalontwikkeling op sommige punten zelfs helpen!)

Tot slot

Zoals ik hierboven heb beschreven, kan het gebruik van gebarentaal of gebaren tijdens gesproken taal veel verschillende vormen hebben. Voor kinderen die Doof of slechthorend zijn, is gebarentaal essentieel voor hun taalontwikkeling. Maar er zijn ook veel voordelen verbonden aan het gebruik van gebarentaal voor horende kinderen, zowel eentalig als meertalig.

Als je geïnteresseerd bent in het gebruiken van gebaren, zijn hier enkele laatste adviezen.

  • Bedenk wat je einddoel is. Wilt je de communicatie slechts tijdelijk versnellen, gebaren gebruiken als voortdurende ondersteuning van de verbale taal of nog een stap verder gaan om te investeren in het leren van een nieuwe taal?
  • Kies ervoor om gebaren te gebruiken (of niet te gebruiken) op een manier die bij je eigen ideeën past. Je hoeft het niet met mij of iemand anders eens te zijn, zorg er gewoon voor dat je weloverwogen beslissingen maakt.
  • Wees niet bang om te falen, of te weinig te doen. Voordat we onze dochter kregen, dacht ik dat ik zoveel zou doen met gebaren en andere dingen. Voor kinderen zorgen echter is al moeilijk genoeg, je hoeft niet elk woord of elke dag te gebaren. Kleine stapjes brengen je verder dan eeuwig worstelen om die grote stap te maken.